Systeemopbouw van ventilatiesystemen
In de NEN 1087 en NPR 1088 worden de ventilatiesystemen A-B-C-D onderscheiden: van volledig natuurlijke (A) naar volledig mechanische ventilatie (D).
Ventilatiesysteem A: Natuurlijke ventilatie
Bij dit ventilatiesysteem voltrekt zowel de toevoer als afvoer van lucht op natuurlijke wijze. De lucht stroomt door het gebouw, als drijfkracht worden de temperatuur- en drukverschillen tussen binnen en buiten gebruikt, waardoor het schoorsteeneffect optreedt. Aan de windzijde, de loefzijde, stroomt de lucht het gebouw binnen en verlaat het gebouw aan de lijzijde of bovendaks. Als de wind draait, draait ook de luchtstroom in het vertrek mee. Ook speelt de vorm van het gebouw een rol in de luchtdrukverdeling om het gebouw.
Ventilatiesysteem B: Mechanische toevoer en natuurlijke afvoerventilatie
Hier wordt de toegevoerde lucht op een mechanische manier het gebouw binnen gehaald, de afvoer van de lucht gebeurt op natuurlijke wijze.
Ventilatiesysteem C: Natuurlijke toevoer en mechanische afvoerventilatie
Hier wordt de toegevoerde lucht op een natuurlijke wijze het gebouw binnen gehaald, de afvoer van de lucht gebeurt mechanisch.
Ventilatiesysteem D: Mechanische ventilatie
Voor zowel de toegevoerde als de afgevoerde lucht worden bij dit ventilatiesysteem mechanische middelen ingezet. Deze vorm van ventilatie staat meer borg voor een betere kwaliteit van de luchtverversing. Bij de aanvoer van verse lucht zijn filters toe te passen tegen luchtverontreiniging en geluid. Bij de afvoer van de lucht is het mogelijk om de warmte terug te winnen. Tegenover deze winst staat de energie die dergelijke systemen zelf verbruiken.
Dit systeem wordt ook wel gebalanceerde ventilatie of balansventilatie genoemd.
In het kader van het (verplicht) toepassen van ventilatiesysteem D voor duurzame keurmerken, hebben we een aparte Basiskennis Installaties, Mechanische ventilatie (systeem D) opgesteld.
Mengvormen van ventilatiesystemen
Bovenstaande klassieke indeling vervaagt echter door enorme recente ontwikkelingen op het gebied van energiezuinige ventilatiesystemen (lees hierover meer bij Toepassing). Mengvormen zijn aan het ontstaan, zoals:
- Decentrale gebalanceerde ventilatie met warmteterugwinning (WTW);
- Hybride systeem: een combinatie van natuurlijke en mechanische ventilatie;
- Semi-gebalanceerde ventilatiesystemen.
Lees er meer over in het artikel Mengvormen van ventilatiesystemen
|
Elementopbouw van ventilatiesystemen
De volgende bouwkundige elementen regelen de ventilatieprincipes:
Ventilatiesysteem A: Natuurlijke ventilatie
- Toevoer: regelbare roosters in ramen of muren;
- Afvoer: regelbare roosters en verticale kanalen tot boven de nok van het dak.
Ventilatiesysteem B: Mechanische toevoer en natuurlijke afvoerventilatie
- Toevoer: een ventilator stuurt de lucht door kanalen naar de leefruimtes;
- Afvoer: regelbare roosters en verticale kanalen tot boven de nok van het dak.

Ventilatiesysteem C:
Natuurlijke toevoer en mechanische afvoerventilatie
- Toevoer: regelbare roosters in ramen of muren;
- Afvoer: een ventilator zuigt de lucht in de vochtige ruimtes af via kanalen.
Ventilatiesysteem D: Mechanische ventilatie
- Toevoer: een ventilator stuurt de lucht door kanalen naar de leefruimtes;
- Afvoer: een ventilator zuigt de lucht in de vochtige ruimtes af via kanalen.